
GASWINNING TRILT NA OP DISCON
De traditionele jaarlijkse Districtsconferentie van D1590 stond ditmaal geheel in het teken van de nagalm van de Groninger gaswinning die de afgelopen halve eeuw plaatsvond. Geen wonder dat de focus daarop lag nu het jaarlijkse evenement moest worden georganiseerd door RC Het Hogeland, de club van de huidige gouverneur Francie Kaaijk, die bovendien zelf heel nauw is betrokken bij de problematieken die de gaswinning in Groningen en Noord-Drenthe heeft achtergelaten. Door een uitstekende organisatie en boeiende sprekers werd het een presentatie die ook niet-Groningers (waarvan er te weinig waren gekomen) zeer zou hebben geboeid.
Het ging niet alleen over ellende. Die zal er voor gedupeerden nog lang zijn, zo waarschuwde gedeputeerde Susan Top. Maar zij wilde het vooral ook hebben over het perspectief. De hersteloperaties worden tevens benut ten bate van het cultureel erfgoed van de regio. Parallelle kansen zijn er voor versterking van het thuisgevoel, de eigen identiteit, de opwaardering van het omringende landschap. En verdere ontwikkeling van de vrijetijdseconomie, waarmee Groningen altijd al ver achter liep.
Directeur Marco Glastra van Het Groninger Landschap zag ook mogelijkheden om tegelijk met de aanpak van de bevingsschade het landschap kwalitatief een impuls te geven. Zijn vereniging bezit heel wat grote boerderijen en schuren waarvoor een nieuwe bestemming wordt gezocht. Als het gebouwen zijn waar de gaswinning sporen heeft achtergelaten, kunnen dure restauraties binnen handbereik komen via de schadecompensatiepotten. In Groningen worden die forse gebouwen die economisch zijn afgedaan maar in het landschap niet verloren mogen gaan, “huilende bruiden” genoemd.
Oud-Kamerlid Henk Nijboer, geboren Groninger en sinds anderhalf jaar kwartiermaker voor het ontwikkelen van een sociale agenda voor het aardbevingsgebied, legde uit hoe hij voortvarend bezig is de bewoners te betrekken bij alle plannen en maatregelen die nodig zijn. Uit de inspraakrondes kwam vooral naar voren: zorg dat het beschikbare geld terecht komt waar het voor is bedoeld. Na alle ellende is het moeilijk om van de mensen geduld te vragen, besefte Nijboer. “Toch: we hebben het niet over een sprint, maar over een marathon van dertig jaren. Denk niet dat je van die langetermijnplannen over drie jaar al effect ziet.”
Aan het eind van de nuttige dag werd gezocht naar mogelijke inbreng van Rotary. “Onze clubs zijn zo goed ingevoerd in de samenleving, dat wij zinvol zouden kunnen aanhaken”, suggereerde gouverneur Francie Kaaijk. Er werd ook gefilosofeerd over samenwerking met Past Rotary-clubs, waar vrije tijd en levenswijsheid huist. En in Rotaryverband is er via grants kans op financiële bijdragen.
Ofwel: “Niet lullen, maar poetsen”, besloot dagvoorzitter Jetta Post.
Martin van Nieuwenhoven
