© 2023 Rotary in Nederland.
Alle rechten voorbehouden.

Verslag van Lucie

Stage verslag van Lucie Viková

Alkmaar

7. 9. 2009 – 14. 10. 2009

Toen ik voor de eerste keer over de mogelijkheid naar Nederland voor zes weken te gaan heb gehoord, wist ik dat het uiteindelijk moest lukken. Ik studeerde al twee jaar Nederlandse taal en cultuur aan de Karls Universiteit in Praag en zelf nog nooit in Nederland geweest. Ik dacht dat ik al genoeg theorie had gehoord en dat het tijd was om Nederlandse taal en cultuur zelf te beleven. Over dit uitwisseling program heb ik gehoord van Mája, die eraan vorige jaar heeft deelgenomen. We wonen allebei in Trutnov en we kennen elkaar al lang. Ze vertelde me alles over wat ik daarvoor moest doen dus de eerste dank behoort aan haar. Dan ben ik maar twee keer op de vergadering van Rotary club in Trutnov geweest, waar ik ook Martina voor de eerste keer heb gezien. Voor deze uitwisseling kenden we elkaar helemaal niet hoewel we één gemeenschappelijke vriendin (Mája) hadden. We hebben ook één keer met Líba en Jacob van Dijk in Tsjechië ontmoet om de details te bespreken. Ondanks alle obstakels en moeilijkheden, wanneer het soms bleek dat het niet zal doorgaan; bijv. toen ik van mijn school heb gehoord dat het niet mogelijk was om zes weken van het onderwijs te verzuimen of toen de luchtvaartmaatschappij waarmee we zouden vliegen ging maar een paar dagen voor ons vertrek bankroet; zaten we op 7 september aan boord van het vliegtuig naar Eindhoven.

7. 9. – 13. 9.

De eerste week hebben we samen met Martina bij Líba en Jacob van Dijk gelogeert. Dat vond ik echt knap en handig om aan het leven in een vreemde land zich te wennen. Normaal gesproken is de eerste week in een vreemde land het moeilijkst maar in dit geval was het niet zo. Líba heeft ons het leven in Alkmaar laten zien en voor ons de hele tijd heel goed gezorgd. Al de tweede dag hebben we met haar de korenmolen en de poldermolen bezocht. Dat was een echt boeiend ervaring om beide types van windmolens van binnen te zien. Ik heb daarover veel geleerd maar ik zou nooit denken dat ik de mogelijkheid zou hebben om naar binnen te kijken. Toen hebben we ook voor de eerste keer echte Nederlandse haring gegeten. Woensdag zijn we allebei (Ik en Martina) met Vincent Roobeek en zijn vriend Marnix naar het strand door de duinen gefietst. Het weer was niet zo leuk om te gaan zwemmen, maar toch hebben we daar veel plezier met hen gehad. Elk meisje moet het toch leuk vinden als voor haar twee jongens zo goed zorgen. Op het strand hebben we dan croquette met patat gegeten. Op woensdag ben ik met Líba in Amsterdam geweest. We hebben daar haar kleinzoontje opgehaald en dan een beetje door Amsterdam gewandeld. We hebben dan ons weg kwijt geraakt dus ik had ook de mogelijkheid om andere delen van Amsterdam te zien dan het toeristisch centrum. Ik heb toen voor de eerste keer in Nederland met de trein gereisd. Dat was ook een bijzondere ervaring. Eerst dacht ik dat we in de eerste klas binnenkwamen, omdat zo zou de eerste klas in de tsjechische trein uitzien, dan dacht ik dat we in een vliegtuig zaten, omdat zo comfortabel en stil de trein nooit zou zijn. Op vrijdag zijn we voor het eerst op Rotary vergadering in Alkmaar geweest. Dat vond ik ook heel interessant om met andere Rotary clubs te vergelijken. Ik ben al inTrutnov (Tsjechië) en in Penticton (B.C., Canada) op Rotary vergadering geweest. De Alkmaarse club is groter dan de club in Trutnov en kleiner dan de club in Penticton dus ik kon het heel goed vergelijken. De vergaderingen vind ik altijd interessant , hoewel ik niet altijd alles snap, en de mensen altijd heel aardig en gezellig. Het eerste weekend was de dag van open monumenten in Alkmaar en we hebben met Karla Rogge, die een echte expert daarin blijkt te zijn, het meest van de monumenten in Alkmaar bezocht. (De Grote Kerk, De Oude Stadhuis, Het Kaasmuzeum in het Waaggebouw enz.) Op zondag zijn we allebei met Chantal en Jan Roobeek naar Amsterdam gegaan om door de hoofdstad te fietsen. Ik ben in Amsterdam al een paar keer geweest, maar vanaf de fietszadel ziet de stad toch een beetje anders uit. We hebben ook een schuilkerk bezocht, wat vond ik echt bijzonder. Ik heb zoiets nog nooit gezien. ’s Avonds hebben we heel lekker in een indonesische restaurant gegeten.

14. 9. – 27. 9. De tweede week betekende voor me het begin van school. Ik ben ook voor de eerste keer verhuisd naar Ellis en Hans Jonker. Ik voelde me in hun huis heel goed. Ellis is een levende voorbeeld van de echte moeder. Ze heeft me elke morgen wakker gemaakt, het ontbijt voor me voorbereid en altijd gevraagd hoe het op school was. We zijn samen ook over de Afsluitdijk gereden en in Leeuwaarden geweest. Daar wou ik echt naartoe, hoewel de Nederlanders er helemaal niks interessants aan vinden. Voor mij is het iets erg bijzonders en het voelde erg boeiend om daar eigenlijk zelf te staan. Ik heb ook de mogelijkheid gehad om een hospice en verpleegsterhuis te bezoeken, want Ellis en Hans er werken. Wat ik daar opvallend vond was vooral dat alles zo goed geregeld was en dat er zoveel vrijwilligers meedoen. Niemand wilt gratis werken in Tsjechië. Hans was ook een heel goede gastvader. Hij heeft me een beetje verwennd wat mijn vader heeft nooit gedaan. Ze allebei hebben echt lekker gekookt waardoor ben ik tenminste twee kilo´s aangekomen. Ik heb de eerste en de beste nasi gegeten en voor de 8 october voorbereid doordat Hans stampot heeft gekookt. Met Ellis heb ik dan nog poffertjes in Bergen gegeten. In het weekend ben ik dan met hun zoon Daan en Jelle in Amsterdam geweest en we hebben ook hun zus Femke in het café, waar ze werkt, bezocht. Ik heb ook de taptoe gezien, wat vond ik veel leuker dan ik verwacht. Ze hebben het optreden aan de bekende nederlandse en ook buitenlandse liedjes gemaakt, dus ik heb sommige melodieën ook herkennd. Ik voelde me in mijn kamer zoals in het paradijs, want de boekenkast die daar stond was vol boeken, die we op school als verplicht literatuur moeten kennen. Het weekend hebben we met Kees en Lucienne Bosboom doorgebracht. Zaterdag zijn we met Kees naar Amsterdam gegaan en daar hebben we het Van Gogh Museum bezocht en toen zijn we naar Zaanse Schans gereden. Daar hebben we de klompenmakerij, kaasmakerij en de oudste Albert Heijn winkel bezocht en langs de molen gelopen en de geur van chocola geroken. Daar hebben we ook voor het eerst nederlandse pannekoeken met stroop gegeten. Echt lekker! Kees heeft dan voor ons heel erg lekker gekookt en we hebben een gezellige avond met z´n vieren gehad. Ik heb met Lucienne veel over de nederlandse letterkunde gepraat en toen zag ik al drie Van Dale woordenboeken en zei, dat het als een bijbel in onze klas word beschouwd en toen heeft ze één van de twee CD´s met Van Dale woordenboek aan mij gegeven. Ik kon het niet geloven en ik ben hen dus ontzettend dankbaar! Zondag hebben we met Martina met Kees en Lucienne en nog met Meike op de Markermeer gezeild en toen door Volendam gelopen en gerookte paling daar gegeten. Dus andere grote dank behoort aan Kees en Lucienne voor het gezellige weekend! School Toen ik in Alkmaar kwam wist ik nog niet dat ik op school zou zitten. Maar ik was erg positief verrasd. Voor mij was het feit of ik zal werken of studeren niet zo belangrijk als het feit dat het in Nederland en in het Nederlands zal zijn. Ik heb op Pabo INHolland in Alkmaar gezeten. Aan het begin was het een beetje moeilijk met de school te communiceren, dus ik wist niet wanneer ik naar school voor het eerst zal gaan. Maar tenslotte ging ik volgende maandag voor de eerste keer naar school. Líba ging met me mee om alles te regelen en ik heb meteen mijn eerste les meegemaakt. Het was muziek les. De lerares heeft me aan de klas voorgesteld en toen begonnen de studenten allerlei tsjechische woordjes roepen zoals “pivo” (bier). Ze waren allemaal erg enthousiast dat ze een gaststudent in de klas hadden. Wat ik een beetje vervelend vond was dat ik bij geen bepaalde klas behoorde. Ik volgde sommige lessen met eerstejaars, sommige met tweedejaars en dan nog met klas a, b of c. Dus ik had niet genoeg tijd om de studenten beter leren te kennen en goede vrienden te maken. Iedereen kende mij maar ik kende niemand, zei ik altijd. Ik bedoel dat iedereen wist dat dit het meisje uit Tsjechië is, maar ik kon me niet al de mensen herinneren. Dus het gebeurde me vaak dak toen ik door de school liep begroetten me sommige mensen en ik wist helemaal niet dat en waar vandaan ik ze kende. Maar toch heb ik een paar keer een gezellige gesprek met de studenten gehad. Dat zou beter zijn denk ik als ik een bepaalde student had, die me door school zou rondleiden en met wie ik alle colleges zou meedoen. Ik ben maar gewend aan alles mezelf moeten te regelen, dus ik kon me heel snel door school bewegen. Voor de eerste week hebben ze voor me de rooster gemaakt, maar later moest ik mezelf elke week naar de secretariaat gaan om te vragen of ze me alle roosters van alle eerstejaars groepen kunnen uitprinten en dan heb ik mezelf een rooster daarvan gemaakt. Dat vond ik echter ook geen probleem. Ik kon me tenminste zelf kiezen wat voor lessen wilde ik volgen. Ik heb allerlei lessen meegemaakt: rekenen, taal, pedagogiek, muziek, techniek, geschiedenis, aardrijkskunde, engels, levensbeschouwelijke onderwijs. Meestal was het niet te moeilijk om te volgen, behalve pedagogiek heb ik alles goed verstaan. Wat ik het meest interessant vond was levensbeschouwelijke onderwijs en taal. Zoiets als godsdient heb ik op school nooit gevolgd. In Tsjechië hebben we ook religieuze scholen, maar dat zijn dan bijzondere scholen, niet staatscholen en de kinderen moeten daarvoor wel betalen denk ik. Maar dat weet ik niet zeker, want er zijn niet zo veel religieuze scholen in Tsjechië en ik mezelf ken niemand die op dat soort school zat. Maar dat heeft mee te maken met de geschiedenis van onze republiek en vooral met de komunistische tijden. We zijn nu het volk van atheïsten. Het belangrijkste vak voor mij was dan natuurlijk de nederlandse taal. Ik probeerde zoveel mogelijk taallessen te volgen. Ik vond het echt interessant om te zien wat soort fouten de Nederlanders maken en waarmee ze de grootste problemen hebben. De dingen waarmee de studenten de grootste problemen hadden waren voor me erg makkelijk en duidelijk. Bijvoorbeeld de zinsbouw en het bepalen van zinsdelen en woordsoorten was voor hen een echt probleem. Met deze oefeningen was ik altijd heel snel klaar en vaak had ik minder fouten dan anderen. Ik denk dat het reden waarom het zo makkelijk voor mij blijkt is, dat het Tsjechisch veel moeilijker is dan het Nederlands. Het taalsysteem van het Tsjechisch is erg ingewikkeld en ook het feit dat we zeven naamvallen hebben heeft iets daarmee te maken. Het is moeilijk om te leren, maar dan heel makkelijk om te analyseren. Met al die naamvallen kan ik egr makkelijk bijv. het lijdend en meevallend voorwerp bepalen. Terwijl in het Nederlands zijn er geen naamvallen meer, wat alle studenten die Nederlands studeren erg goed vinden, omdat het gewoon makkelijker is, maar dan is het moeilijker de zinsdelen en woordsoorten te bepalen. Maar ik denk echt niet dat ik de taal beter ken. Ik heb andere problemen, die voor Nederlanders automatisch en blijkbaar zijn, bijv. met de lidwoorden, vorzetsels en al die idiomen natuurlijk. Het was maar echt interessant voor me om deze verschillen te observeren. Wat ik ook opvallend vond in vergelijking met de situatie thuis was hoe de studenten zich in de klas gedragen. Ik heb dat ook al van onze leraar in Tsjechië gehoord, dat als hij in de nederlandse klas een vraag stellt, ziet hij inmiddels het bos van de handen bovenstijgen en iedereen wilt wat zeggen alhoewel het niet altijd juist is. Als hij dan voor de tsjechische klas staat en een vraag stellt, kijkt iedereen liever het raam uit dan het antwoord te geven alhoewel iedereen het antwoord goed weet. Het grote verschil is ook dat in Tsjechië hoeven de studenten voor de opleiding aan een staatschool niet betalen. De overheid wilt dat binnekort ook veranderen, dus dan denk ik zal iedereen ook meer moeite doen om de studie zo best mogelijk te beeindigen. Dat zal maar nog lang proces zijn om het niveau van de opleiding te verhogen en ook allerlei studentenleningen te inrichten. Toch heb ik door de week heel veel vrije tijd gehad. De Pabo opleiding hier is erg praktisch georiënteerd wat betekent dat al de eerstejaars veel stages lopen. Elke donderdag hebben alle eerste- en tweedejaars stagedag, dus toen was ik vrij. De laatste week van mijn verblijf hadden ze stageweek, dus dan had ik de hele week vrij. Ik kon me toch heel goed vermaken, elke dag heb ik wat programma gehad, maar ik zou zelf toch meer naar school willen. Dus daardoor zou misschien een universiteit beter voor mij zijn, omdat daar de opleiding alleen maar theoretisch is, dus ze lopen geen stages of zoiets. Maar dat zou zeker moeilijker te regelen zijn en ook veel moeilijker voor me te volgen. Dus ik ben toch erg tevreden met de school waarop ik gezeten heb.

Sport Als jullie al gelezen en zeker ook al vroeger van me gehoord hebben, heb ik hier echt lekker en veel gegeten. Zonder een beetje zich te bewegen zou ik nu twee keer groter zijn dan toen ik hier gekomen ben. Gelukkig is Rotary zo´n geweldige organisatie die allerlei aardige mensen vereinigt. Met name Peter Poppenk, die ons een ongeloofelijke mogelijkheid heeft gegeven om de Sportlagune in Heerhugowaard gratis te bezoeken. We zijn daar met Martina elke week tenminste een keer geweest en een echt geweldige tijd gehad! Eerst hebben we altijd twee uurtjes gesport en dan een uurtje in sauna of stoom geluierd. We hebben ook voor de eerste keer in onze leven onze eigen personeel trainer gehad. Andere grote dank behoort dus dan aan Peter. We hebben ook de hele anderhalf maand hier veel gefietst wat zeker ook heel gezond en bovendien nog typisch nederlands is.

28. 9. – 5. 10.

Vanaf maandag heb ik weer bij Líba en Jacob van Dijk gelogeert. We hebben met Martina ook de lappenmarkt gezien, maar deze week betekende voor me vooral het aankomst van mijn vriend. Hij is op donderdag met nog een vriendin van ons op bezoek gekomen. We zijn samen met Martina met z´n vieren naar Amsterdam gegaan en dan voor het weekend maar met z´n drieën naar het zuiden gegaan. We hebben eerst Madurodam gezien, toen hebben we door Zeeland gereden om de stormvloedkering te zien, toen zijn we naar Kinderdijk gegaan en op maandag zijn we nog over de Afsluitdijk gereden en toen hebben we aan Zaanse Schans een korte bezoek gebracht. Ik vond het echt leuk om iemand laten te zien alles wat ik ook niet lang geleden voor het eerst heb gezien. Hier wil ik nog Líba en Jacob veel bedanken voor de huisvesting die ze aan mijn vrienden hebben aangeboden. Dat vond ik echt aardig van hen.

6. 10. – 14. 10.

Op maandag ben ik voor het laatst verhuisd naar Rudy en Wieki van Leussen. Ze wonen vlakbij Ellis en Hans Jonker, waar ik de eerste weken heb gewoond, dus ik kende de omgeving al een beetje. Ze hebben een grote prachtige flat in een rustige deel van de stad. Ze hebben ook vier jaar in Tsjechië gewoond, dus we konden onze ervaringen wisselen en over allerlei verschillen tussen Tsjechen en Nederlanders praten. Bijv. het eerste verschil die ik heb gemerkt was toen ik bij Ellis en Hans voor het eerst kwam en mijn schoenen automatisch uitdeed. Dat zou echt onbeleefd worden beschouwen in Tsjechië als iemand de schoenen niet uitdoet als hij naar binnen komt. De andere observatie die ik heb gemerkt is, dat bijna alle huizen heel grote ramen hebben, heel vaak zonder de gordijnen dicht. Ik kan me niet voorstellen dat we in Tsjechië voor zo´n grote raam zouden ontbijten. Hier vinden de mensen leuk dat iedereen kan naar binnen kijken en ze hebben waarschijnlijk niks om zich te schamen. Dat heeft alweer veel te maken met de geschiedenis en slechte ervaringen, die Nederlanders in vergelijking met Tsjechen niet hebben. Ook het eten scheelt in Tsjechië een beetje. De grootste maaltijd van de dag is de lunch, die altijd warm zou zijn. Voor de avondmaaltijd krijg je meestal alleen maar een boterham of een sla. Er zou ook geen toetje na de maaltijd zijn.

Dinsdag heeft ons Jan van Aller naar Den Helder meegebracht om de Nederlandse marine te zien. We hebben met de bus vol oudere mensen een geweldige excursie meegemaakt. We hebben een torpedoboot van binnen gezien, door de haven een rondvaart gemaakt en dan nog het Marine Muzeum bezocht, waar we ook de mogelijkheid hadden om binnen in een onderzeeboot te lopen. Dat was een andere ervaring die me iedereen in mijn klas zou benijden. En daarvoor hoort een grote dank aan Jan van Aller! We hebben zoiets nooit gezien. Op donderdag hebben we dan het feest van Alkmaarse Ontzet meegemaakt. De hele stad was de hele dag aan het vieren en we hebben bijna alle attracties gezien. Aan het eind van de dag hebben we dan samen met veel andere Rotarianen de zuurkoolmaajtijd gegeten. Ik heb daarvoor al met Hans en Ellis geoefend, dus ik heb mijn bord eerlijk leeg achtergelaten. Na de taptoe, die alweer echt leuk was, hebben we nog een prachtige vuurwerk gezien en toen ook een beetje van het nachtleven in Alkmaar met Peter en Ina van Lingen geproefd. Het laatste weekend gaan we naar Rotterdam met Harry van der Kuijt om door de grootste haven van Nederland een rondvaart te maken en met Floris Menting dan naar de schip Batavia en Naarden.

Als er niks mis gaat in de volgende dagen, moet ik erkennen, dat dit een echt succesvolle uitwisseling voor me was. Ik ben zeker, dat iedereen van mijn klas in Praag zou heel graag aan deze uitwisseling ook willen deelnemen. En ik ben ook zeker dat de hele klas erg blij zou zijn als er iemand uit Nederland in de klas komt. Ik vind het ook geen probleem, als er iemand uit Nederland voor de uitwisseling naar Tsjechië komt, om onze lessen aan de Karls Universiteit in Praag te volgen, want al die lessen in het Nederlands worden uitvoert. Ik heb in zes weken een stuk Nederland gezien en een heel brede beeld gekregen van de samenleving in Nederland. Ik moet ook erkennen dat mijn Nederlands heel erg verbeterd is. Ik heb de laatste week heel vaak gehoord dat mijn Nederlands echt goed was, maar dat wilde ik lang niet geloven, want ik weet dat het nog steeds beter kan en dat ik nog niet alles kan zeggen zoals ik het graag zou willen. Ik ben maar niet meer bang om Nederlands te praten en dat is altijd de grootste en moeilijkste stap met de taal. Ik will jullie allemaal bedanken dat jullie me daarmee hebben geholpen en dat jullie zo´n uitwisseling in het algemeen organiseren.