25 oktober
Verslag avondbijeenkomst van 25 oktober 2012
Rotaryclub Hillegom-Lisse http://www.rotary.nl/hillegomlisse
Borrel : Aart Otte omdat hij jarig was
Attendance : 27 leden, 57 %. Daarnaast 3 gasten, waaronder onze spreker van vandaag.
De spreker van vanavond is Jan Beenakker, sociaal-geograaf, die het gaat hebben over een wel zeer oud Nederlands exportproduct, nl. de ontginning van ruig en wild land in grond waar je economisch gezien wat aan hebt.
Dat ruige landschap kon je een paar duizend jaar geleden aantreffen in onze streek. Die bestond grotendeels uit duinen, begroeid met dichte bossen. Zó dicht dat ze praktisch ontoegankelijk waren voor Romeinse legereenheden. De bodem bestond uit veen met als ondergrond zeeklei. Het veen werd geleidelijk aan afgegraven (turf!) en zo’n 1000 jaar geleden ontstond hierdoor het landschap wat we tegenwoordig Het Groene Hart noemen. Waterbeheersing was en is in dit gebied heel belangrijk en wel d.m.v. bemaling. De grond is, zoals we weten, heel geschikt voor land- en tuinbouw en veeteelt. Om dit voor elkaar te krijgen waren er 1000 jaar terug al mensen actief die we nu projectontwikkelaars zouden noemen.
Eén van hen was een priester, Hendrik genaamd. Hij kreeg hierdoor grote bekendheid in Europa.
Aartsbisschop Friederich I die in Noord-Duitsland - het gebied van Bremen en omgeving- de scepter zwaaide, vroeg aan Hendrik om zijn zegenrijke werk ook in zijn gebied te komen doen. Dit is vastgelegd in een soort oorkonde, die bewaard is gebleven.
Hendrik ging in op het verzoek aan is met een aantal anderen naar Duitsland vertrokken om ook daar woest gebied om te toveren in vruchtbaar land. Projecten te ontwikkelen!
Dat deden Hendrik en zijn medewerkers trouwens niet voor niets. Ze ontvingen van de Aartsbisschop (en tevens Graaf) bepaalde rechten die geld opleverden. Zo mochten ze bv. het ambt van schout bekleden . De door de schout opgelegde boetes mocht hij zelf behouden! Althans, voor een deel. Want als erkenning van het wereld gezag van de bisschop /graaf ging een ander deel naar deze toe.
Bij de ontginning of “holler kolonisation” van het Noordduitse gebied waren op den duur heel veel migranten uit onze streken betrokken. Dit werd door de machthebbers ter plaatse als een goed tegenwicht tegen te veel invloed uit het Oosten - een Slavische dreiging- gezien. De economie voer ook wel bij de vestiging van Hollandse boeren.
Nu is er trouwens in het betrokken gebied weinig tot geen weidgrond meer te vinden, maar wordt er op grote schaal fruitteelt bedreven. De overgebleven “Olenderski” nederzettingen daar, gelegen in de delta van Weischel en Wisla, is aangemeld voor de lijst van werelderfgoederen van Unesco.
Priester Hendrik was eigenlijk de eerste exporteur van waterstaatstechniek, van watermanagement.
Jan Beenakker is met een boek over het onderwerp bezig, dat in maart 2013 in Duitsland uitkomt.
Hij is met de gemeente Kaag en Braassem in overleg om ook hier op een of andere manier bijzondere aandacht aan de geschetste geschiedenis te besteden.
1 november: Annechien Snuif, beroepspraatje .